Albariño, de ster van D.O. Rias Baixas

De ambitie van de producenten van de Rías Baixas om hun wijn als het witte equivalent van de rode Rioja-wijnen bekendheid te geven, heeft in 10 jaar tijd een superieure wijn opgeleverd: de 'Albariño', een lichte volle wijn met frisse zuren, een bloemig aroma en smaak naar wit fruit als perzik, abrikoos en andere tropische vruchten. We hebben het over één van de meest gewaardeerde witte wijnen van Spanje.

De in Galicië en het noorden van Portugal inheemse Albariño druif komt goed tot zijn recht in het vochtige klimaat van de streek. Het maakt de wijnbouw echter wel zeer duur en doordat er ook nog veel vraag is naar deze wijnen  is het intussen één van de kostbaarste witte wijnen van Spanje geworden. De Albariño heeft kleine, dicht op elkaar groeiende druiven met een ijzersterke schil en veel pit. De soort is immuun tegen botrytis, maar zeer gevoelig voor bladziekten. De druif groeit het beste op een bodem met leisteen of graniet.

De Albariño druif wordt meestal vroeg geoogst. Dan geeft ze lichte, verfrissende witte wijnen met een smaak naar vers geperste grapefruit en citroen. Is de Albariño laat geoogst, dan smaakt ze doorgaans wat rijper, naar abrikoos en perzik.

D.O. Rias Baixas
De Albariño is verantwoordelijk voor de enorm toegenomen populariteit van de regio Rías Baixas, waar de druif nog al eens gemebgd wordt met o.a. Torrontés en Treixadura. De D.O. Rías Baixas wordt onderverdeeld in drie zones binnen de provincie Pontevedra (Galicië), met het stadje Cambados als produktiecentrum. De rivier Miño langs de grens met Portugal naar het zuiden volgend komt men langs de twee andere gebieden: O Rosal, tussen de Atlantische kust en het grensdorpje Tuy, en Condado do Tea, ten oosten van Tuy.

Portugal kent de druif als 'Alvarinho'. Daar wordt ze op pergola's gekreekt, om een zo hoog mogelijke opbrengst per hectare te krijgen, en wordt ze jong geoogst. Dat levert een frisse, beendroge witte Vinho Verde op.